Waarom sommige zzp’ers langer moeten wachten op inkomenssteun

Terwijl de ene zzp’er al wekenlang wacht op inkomenssteun, heeft de andere het geld in maart al op zijn of haar rekening gestort gekregen. Hoe gemeenten omgaan met de zogenoemde Tozo-regeling – het aanvullen van het inkomen van zzp’ers tot het sociaal minimum – verschilt sterk. Hoe komt dat?

Dat is veelgehoorde klacht bij zzp-organisaties. Uit een enquête van FNV Zelfstandigen blijkt dat 30 procent van de ondervraagden negatief is over de uitvoering van hun gemeente. Dat zit hem vooral in het tempo van uitbetaling. Ongeveer de helft is positief, en de rest is neutraal.

Niet tegelijkertijd geopend

Niet elke gemeente is op hetzelfde moment begonnen met het verwerken van de aanvragen. Op 17 maart kondigde minister Koolmees van Sociale Zaken aan dat er een versoepelde bijstand kwam voor zzp’ers. “Sommige gemeenten zeiden: ik heb naar aanleiding van die aankondiging wel een beeld van hoe die regeling eruit gaat zien, dus we kunnen beginnen”, vertelt Sebastiaan de Kroon, woordvoerder van Divosa, de vereniging van gemeentelijke directeuren van sociale diensten.

“Andere gemeenten wilden wachten totdat meer details van de regeling helder waren, dat was tien dagen later. Er zijn ook gemeenten die pas begonnen toen er een officiële algemene maatregel van bestuur lag, dat was op 21 april.”

Daardoor had de ene gemeente al geld overgemaakt naar zzp’ers, terwijl het loket bij een andere gemeente nog niet eens open was. Het Rijk betaalt de gemeenten overigens om de regeling uit te voeren. Inmiddels hebben gemeenten in totaal 2 miljard euro ontvangen.

Onnodige informatie opvragen

Ook vraagt de ene gemeente bij het aanvragen meer informatie dan de andere. “Voor een aanvraag is bijvoorbeeld het KvK-nummer van de onderneming voldoende, maar sommige gemeenten vragen zzp’ers om een uittreksel handelsregister van de KvK bij te voegen”, zegt een woordvoerder van het ministerie van Sociale Zaken.

Dat komt ook omdat gemeenten hun aanvraagproces – toen de details nog niet helder waren – baseerden op de bijstand voor zelfstandigen, waarin in tegenstelling tot de Tozo wel een partnertoets en vermogenstoets zit, vertelt De Kroon van Divosa. Inmiddels zijn er modelformulieren vanuit het ministerie beschikbaar. Gemeenten die te veel informatie opvragen worden actief benaderd en daarop gewezen, zegt de woordvoerder van het ministerie van Sociale Zaken.

“Ik weet dat er bij sommige gemeentes maar tien mensen op de afdeling werken. Dat is gewoon niet genoeg.” Martijn Pennekamp van Het Ondernemerscollectief wijt de verschillen vooral aan capaciteit. “Ik weet dat er bij sommige gemeenten maar tien mensen op de afdeling werken. Dat is gewoon niet genoeg.”

Want het aantal aanvragen is hoog: landelijk 343.000, volgens de laatste schatting van het ministerie van Sociale Zaken. Hoe snel de gemeente dat kan verwerken, hangt af van hoe de gemeente het proces heeft ingericht. “Met hoeveel mensen, welke software en met welke mate van automatiseren”, zegt De Kroon van Divosa.

Gemeenten brengen ook prioriteit aan in de aanvragen. Zelfs binnen één gemeente kunnen daardoor grote verschillen bestaan.

“Aanvragen die heel duidelijk zijn, worden soms eerst behandeld. Bijvoorbeeld van zelfstandig koks waarvan je weet dat ze nu geen werk hebben. Aanvragen waar extra vragen over zijn, komen wat verder onder op de stapel te liggen”, zegt Pennekamp.

De gemeente Pijnacker-Nootdorp werkt bijvoorbeeld op die manier. “Bij 30 procent van de aanvragen hebben we nog extra vragen omdat de aanvragen bijvoorbeeld niet volledig zijn. Die behandelen we later”, zegt Leo Suijker namens de gemeente.

Controle achteraf

Volgens de regeling moeten gemeenten binnen acht weken een Tozo-aanvraag afhandelen. Het streven is vier weken. Gemeenten wordt door het Rijk gevraagd sneller een voorschot te betalen als een ondernemer in acute financiële nood zit.

Achteraf wordt pas gekeken of iemand wel recht had op het bedrag dat is uitgekeerd. Pennekamp is daar sceptisch over, omdat zzp’ers tegen hun opdrachtgevers kunnen zeggen dat ze pas in juni factureren zodat het voor de Tozo niet wordt meegerekend als inkomen. “Dat is niet te controleren, dan moet je van 340.000 mensen niet alleen de inkomstenbelasting bekijken, maar de hele boekhouding.”

Of de regeling na juni verlengd wordt, en tegen welke voorwaarden, is nog niet bekend.

Bron: NOS.nl
Auteur: Lisa Schallenberg