Film Production Incentive geactualiseerd per 1 oktober 2017

De Netherlands Film Production Incentive wordt per 1 oktober 2017 geactualiseerd. De bijdrage per project wordt verhoogd, de regeling wordt verbreed naar high end TV-series en voor speelfilms met een lager productiebudget wordt ruimte gemaakt. Bij de aanpassingen en voorwaarden is rekening gehouden met de toename van het jaarlijkse beslag op de regeling doordat deze internationaal aan bekendheid wint.

Zoals aangekondigd in het beleidsplan 2017-2020 en het jaarverslag 2016, is er bekeken hoe de regeling nog verder aan effectiviteit kon winnen, op basis van de sterke resultaten van de afgelopen jaren. Ook is er bekeken op welke manier de aantrekkelijkheid van Nederland als (co)productieland nog meer kon worden gestimuleerd.

De wijzigingen, die per 1 oktober 2017 van kracht worden, spelen in op vragen uit het veld en sluiten aan op analyses van de werking van de regeling in Nederland en vergelijkbare regelingen in het buitenland.  Zie hiervoor onder meer de Monitor economische effecten van de stimuleringsmaatregel filmproductie in Nederland 2014-2016, het verslag van de sectorbijeenkomst met de landelijk georganiseerde verenigingen in de productiesector en het overzicht van verschillende incentives in Screen International’s Cannes special issue World of Location.

De belangrijkste aanpassingen zijn:

VERRUIMING BIJDRAGE PER PROJECT
* De maximale bijdrage stijgt naar 1,5 miljoen euro. Een individuele aanvrager kan op jaarbasis maximaal 3 miljoen euro aanvragen voor filmproducties en daarnaast maximaal 3 miljoen euro voor TV-series.
* Filmproducties kunnen in aanmerking komen voor een hogere cash rebate van 35%, indien een bepaald percentage in Nederland wordt besteed aan digitale productiekosten en/of indien geen andere bijdrage aan de financiering wordt aangemerkt als Nederlandse staatssteun. In andere gevallen blijft een cash rebate van 30% gehandhaafd.

Productiekosten kunnen kwalificeren voor een cash rebate vanaf het moment van indiening, mits de aanvraag compleet is en aan de voorwaarden voldoet. De post onvoorzien kan tot 5% van de kwalificerende productiekosten worden meegerekend in het bepalen van de hoogte van de bijdrage. Bij afrekening moeten deze kosten daadwerkelijk aan kwalificerende productiekosten zijn besteed.

Voor filmproducties blijft jaarlijks 19,25 miljoen euro beschikbaar. Eventueel resterend budget van een aanvraagronde wordt toegevoegd aan het budget voor een volgende ronde.

HIGH END TV-SERIES
In de vorm van een pilot met de looptijd van een jaar, komen naast filmproducties ook high-end TV- drama-, animatie- en documentaireseries in aanmerking voor een cash rebate van 30%. Hiervoor wordt € 10 miljoen gereserveerd. Op basis van de resultaten en beschikbaar budget wordt bekeken onder welke voorwaarden verlenging mogelijk is. Dit wordt drie maanden voor het einde van de pilot bekendgemaakt.

LAGER PRODUCTIEBUDGET 
In de overgangsbepalingen is opgenomen dat onder bepaalde voorwaarden speelfilms met een productiebudget tussen € 600.000 euro en € 1 miljoen euro ook in aanmerking komen voor een cash rebate bijdrage.

Ook tellen meer functies mee in het puntensysteem en wordt het aantal aanvraagrondes uitgebreid. De eerstvolgende aanvraagronde voor filmproducties is 31 oktober 2017 en voor high-end TV-series op 7 november 2017.

MEER INFORMATIE 
Voor de uitgebreide toelichting, het reglement met inbegrip van het addendum voor high-end TV-series en de samenvatting op hoodflijnen van de regeling uitgesplitst naar filmproducties en high-end TV-series zie:
Hoofdlijnen Production Incentive – Filmproducties
Hoofdlijnen Production Incentive – TV-series
Factsheet
Lees tevens op de Production Incentive-pagina de Toelichting op de Wijzigingen, het geactualiseerde Reglement en het Addendum voor high-end TV-series.

Indien u een aanvraag in voorbereiding heeft, bieden wij u graag de gelegenheid om uw aanvraag voor te bespreken met de incentive-afdeling. U kunt hiervoor mailen met: incentive@filmfonds.nl.

Dit najaar start de vierjaarlijkse evaluatie van de regeling waarbij ook de landelijk georganiseerde verenigingen worden betrokken. Actualisering van het  onderzoek door Oxford Economics uit 2013 vormt onderdeel van de evaluatie.

Bron: Nederlands Filmfonds