UPC stopt als hoofdsponsor IFFR
Naar nu blijkt zijn het International Film Festival en UPC afgelopen zomer overeengekomen hun vierjarige samenwerkingsovereenkomst niet te verlengen. Het festival is daarmee één van haar vijf hoofdsponsors kwijt. Niet de auteursrechtenkwestie en het anti-UPC-sentiment dat ermee gepaard gaat, zijn voor de kabelaar reden om te stoppen, maar de aanstaande fusie met Ziggo.
Eerder al trok UPC zich terug als hoofdpartner van de Amsterdam Film Week, die daardoor na drie edities moest stoppen. Met het Nederlands Film Festival heeft UPC een driejarige overeenkomst, die ook dit jaar afloopt. De protestactie tegen de hoofdsponsor tijdens het gala kwam de NFF-directie dan ook bijzonder ongelegen. De beslissing over eventuele contractverlenging stond gepland voor deze maand, maar volgens UPC-woordvoerder Maaike Scholten is er nog geen beslissing genomen.
Scholten stelt dat er over toekomstige film-gerelateerde sponsoractiviteiten van UPC op dit moment überhaupt weinig te zeggen valt. ‘Hardop zeggen dat we helemaal uit de wereld van de filmfestivals en –evenementen stappen, zou te ver gaan. Maar we weten pas definitief wat de focus van onze activiteiten wordt zodra de fusie met Ziggo compleet is.’
Die fusie is inmiddels officieel goedgekeurd door de Europese Commissie en nu is het wachten op toestemming van de Ziggo-aandeelhouders. Naar verwachting is de zaak voor het einde van het jaar beklonken. Het belangrijkste gevolg van de fusie: het merk UPC verdwijnt volledig. Logisch dus dat het bedrijf even geen geld stopt in het, zoals dat in marketingtermen heet, ‘laden van het merk’ via sponsoring.
In Rotterdam zagen ze de fusie en de implicaties ervan al aankomen. ‘We hebben afgelopen zomer gesprekken gevoerd, die goed en constructief waren maar waaruit bleek dat de inhoudelijke ambities uit elkaar liepen’, aldus Martje van Nes, hoofd sponsoring en fondsenwerving van het IFFR. ‘Wij hebben belang bij een inhoudelijk sterke partner. Een hoofdsponsor neemt niet alleen geld mee maar ook uitstraling; hij moet bij ons passen en vice versa.’
Van Nes sluit niet uit dat er de komende jaren een vervanger wordt gevonden voor UPC, maar ze benadrukt dat het vooral belangrijk is een partner te vinden die zich langdurig en met toewijding aan het festival wil verbinden. ‘De sponsormarkt is enorm veranderd. Een jaar of tien geleden werden bedrijven nog sponsor vanuit een idee van maatschappelijk ondernemen. Tegenwoordig is sponsoring volledig geprofessionaliseerd. Dat maakt het moeilijker er tussen te komen, maar anderzijds zorgt de huidige kritische houding er wel voor dat als je een samenwerking hebt dat die duurzamer is.’
Neemt niet weg dat het opstappen van UPC een financiële aderlating betekent voor het festival. Hoeveel een hoofdsponsor inbrengt wil Van Nes niet zeggen, ‘maar het is een substantiële bijdrage’. Alleen de subsidies van de gemeente Rotterdam en het Ministerie van OC&W liggen hoger.Vanuit het ministerie wordt jaarlijks een bedrag van ruim 1,2 miljoen euro aan het IFFR toegekend — €1.145.000 in het kader van de basisinfrastructuur en €75.000 in de vorm van projectsubsidie.
Bron: de Filmkrant
