Verslag Go Short Industry Day – Seminar Coproductie

Op vrijdag 11 april 2014 was de NBF in Nijmegen voor één van de leukste en gezelligste filmfestivals van Nederland: Go Short 2014. Samen met het festival organiseerden we twee seminars tijdens de Industry Day, die dit jaar in het teken stond van Coproductie. Tijdens de ochtendsessie gingen we in gesprek met verschillende instanties die makers kunnen helpen bij (internationaal) coproduceren.

Het panel over coproductie bestond uit Keren Cogan (Keren Cogan Films), Dorien van de Pas (Nederlands Filmfonds, Eurimages NL) en Andrea Posthuma (Creative Europe Mediadesk).  Onder leiding van moderator Mardou Jacobs (NBF, No Fear Productions) werden de kansen voor coproductie besproken.

Waarom?
Als eerste worden de redenen om te gaan coproduceren doorgenomen. Mardou vraagt het panel waarom zij voor coproductie zou kiezen. Keren is een jonge producente en geeft aan dat zij naast financiele noodzaak ook veel artistieke redenen ziet. De makers met wie ze coproduceert hebben veel ervaring en geven creatieve input die de film volgens Keren alleen maar beter maakt. Dorien benoemt ook dat coproduceren met een land met een goede status je film vooruit kan helpen, zo zijn Duitsland en Denemarken populaire landen om mee te coproduceren. Het is voor producenten ook mogelijk om minoritair te coproduceren met een ander land, waarbij de producent een klein gedeelte van het budget binnenhaalt in eigen land.

Hoe en waar?
Andrea legt uit dat voor internationale coproducties Creative Europe Desk het eerste loket is waar je kunt aankloppen. Op de website kun je meer lezen over het Creatief Europa programma. Volgens Andrea is het vooral belangrijk om je goed in te lezen en op het juiste moment een aanvraag in te dienen. Hierbij is het een pré om alvast coproductie overeeenkomsten of  ‘letters of intent’ van distributeurs of sales agents te hebben. Bij het Nederlands Filmfonds kun je volgens Dorien subsidies aanvragen voor minoritaire coproducties, maar voor korte films is dit alleen bij korte animatie mogelijk. Voor lange films kun je aanspraak maken op subsidies van het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF). Verder kun je terecht bij het Hubert Bal Fonds voor coproducties met landen buiten Europa. Daarnaast is Eurimages het coproductiefonds voor Europa en Dorien is het Nederlandse aanspreekpunt. Op de Filmfonds website kun je meer lezen over de regels en voorwaarden. Keren heeft gemerkt dat als je film geselecteerd is voor Eurimages subsidies, je veel extra aandacht genereert bij festivals en sales agents. Het is gunstig om een label van ‘Europees vertrouwen’ aan je film te kunnen hangen. Verder vindt Keren ook cursussen en workshops zoals EAVE en Binger erg belangrijk voor het leggen van contacten die tot mogelijke coproducties kunnen leiden.

Nadelen

Natuurlijk zijn er ook punten die je als nadelen kunt ervaren. Zo kost het erg veel tijd en heb je met veel partijen te maken. Dorien geeft aan dat je ook moet opletten naar de lokale kosten en prijzen en de eisen om geld uit te geven in een bepaald land. Ook vallen filmmakers uit andere landen soms onder strenge vakbondsregels, waarbij niet lang doorgewerkt mag worden.

Huwelijk
Als laatste wordt besproken hoe je een keuze maakt voor een coproductiepartner. Alle panelleden geven aan dat het erg belangrijk is om partners te kiezen die je vertrouwt, want coproduceren is soms net een huwelijk, waarbij je lange tijd intens met elkaar moet samenwerken. En vaak eindigt deze in een prachtige liefdesbaby, namelijk de film waar het allemaal om te doen is.

REVIEW CROWDFUNDING
Tijdens de middagsessie gingen we in gesprek met Cinecrowd over de status van crowdfunding.

In 2011 werd Cinecrowd gelanceerd, een platform waar iedereen geld kan doneren voor een film waarbij je iets terugkrijgt van de makers. Deze reward-based vorm van crowdfunding paste helemaal in de trend van die tijd, waarbij crowdfunding gezien werd als dé oplossing voor financiering van films, en in het bijzonder voor de korte film. Nu, drie jaar later, is het goed om eens te kijken naar de tussentijdse status: Is crowdfunding succesvol? En wat werkt wel en wat niet?

Roel van de Weijer en Zoé de Ligt van Cinecrowd zijn naar het Go Short festival afgereisd om als panel een paar kritische vragen te beantwoorden over crowdfunding. Moderator Nienke van der Fange (NBF) spreekt hierbij ook met Bahram Sadeghi, wiens Cinecrowdproject ‘Beethovenstraat 1976’ de eindstreep nét niet heeft gehaald. Hoe kijkt hij terug op zijn crowdfundingperiode?

Roel geeft allereerst in cijfers aan dat er veel is gecrowdfund en een groot aantal projecten uiteindelijk gemaakt is. Cinecrowd begon in 2011 met vier projecten en er hebben inmiddels 130 projecten op Cinecrowd gestaan, waarvan ongeveer 80% het beoogde bedrag heeft opgehaald. Gezamenlijk hebben ze zo’n 1.100.000 euro bij elkaar gesprokkeld. Roel vindt het belangrijk om aan te geven dat crowdfunding inderdaad niet ingezet kan worden om een volledige film te financieren. Zijn ervaring is dat je het beste steun van je publiek kunt vragen voor delen van een project (bijvoorbeeld voor postproductie, of de première). Maar er zijn ook veel voordelen die zich niet in geld uitbetalen, bijvoorbeeld de gratis publiciteit, veel input in je concept en het bouwen aan een achterban voor je film. Roel heeft nog een aantal tips & tricks om je crowdfunding traject tot een succes te maken.

1. Begin op tijd! Dit is Roels belangrijkste tip.

2. Schrijf een realistisch campagneplan. Het is hierbij slim om rekening te houden met ongeveer 17 euro per persoon als haalbaar doel.

3. Vind ambassadeurs voor je project. Het is gemakkelijker om met 10 ambassadeurs, 10 donateurs binnen te halen, dan om in je eentje 100 donateurs binnen te halen.

4. Deel je passie voor het project.

5. Vraag niet om geld, maar maak mensen enthousiast, geef ze het gevoel dat ze onderdeel kunnen zijn van een unieke ervaring.

Na dit handige overzichtje wordt Bahram bij het gesprek betrokken. Nienke vraagt hem over zijn ervaringen met het project ‘Beethovenstraat 1976’ te vertellen. Bahram wilde een documentaire maken over drie dames die te zien zijn op een foto van Ed van der Elsken. Hij had een vrij hoog streefbedrag ingezet, maar heeft dit bedrag net niet gehaald. Toch kwam hij wel erg dichtbij. Bahram geeft aan dat de crowdfundperiode in december viel. Hij had gehoopt dat mensen dan extra vrijgevig zouden zijn, maar dit bleek toch niet de meest gunstige periode. Verder heeft hij het gevoel dat hij het momentum heeft gemist: twee jaar eerder had hij al veel media aandacht gekregen, maar tijdens de crowdfundperiode was dit alweer wat afgezwakt. Ook voelt hij dat hij hoog heeft ingezet, maar lager inzetten was geen optie omdat hij dan alsnog de film niet kon maken. Al met al heeft Bahram veel geleerd van het hele traject en over zijn project. Het heeft ervoor gezorgd dat hij grondig naar het budget heeft moeten kijken en elk deeltje onder de loep heeft moeten nemen. Hij heeft geen spijt van zijn aanpak, maar hij zou het nu nog grondiger voorbereiden. Zo kwam hij er tijdens het traject achter dat filmmaakster Sofia Coppola groot fan is van Ed van der Elsken. Als hij haar als ambassadeur had kunnen inzetten, had hij mogelijk een veel groter publiek kunnen bereiken.

Al met al is dat ook de grootste tip van Roel en Zoe. Begin op tijd met het voorbereiden van een maximale campagne. Zoe is projectbegeleider bij Cinecrowd en begeleidt alle projecten persoonlijk. Hierdoor worden veel projecten ook wel een succes. Bahram ziet zijn project als ‘failure’ maar kan nog wel kijken naar de dingen die hij ook bereikt heeft. Zo is meer dan de helft van de donateurs onbekend voor hem, hij heeft dus veel mensen enthousiast weten te maken voor zijn project. En wie weet lukt het hem alsnog om met al deze aandacht en sterke achterban sponsoren te vinden die hem helpt om zijn film af te maken.

We kijken terug op