Met pas van Voedselbank gratis naar de film
Wie geen geld heeft voor eten en op de Voedselbank is aangewezen, kan hoogstwaarschijnlijk ook geen kaartje voor theater of film betalen. Maar sinds vorig jaar kerst is een aantal theaters gratis toegankelijk voor Voedselbankklanten. Het Ketelhuis deed als enig filmtheater mee vanaf het begin. Nu heeft ook Filmmuseum EYE zich aangesloten.
‘We krijgen enthousiaste reacties; zo was er een mevrouw in Amsterdam die al tien jaar niet meer naar het theater was geweest en nu weer kon gaan’, vertelt Marc van Warmerdam. De directeur van muziektheatergezelschap Orkater en producent van Graniet Film is een van de initiatiefnemers van wat Voedselbank Cultuur heet. ‘Kunst is toch een van de eerste levensbehoeften. Wij zijn blij als er veel gebruik van wordt gemaakt.’
Tot nu toe hebben 29 theaters uit het hele land zich bij de actie aangesloten. Alleen al in Amsterdam, waar de Voedselbank wekelijks 1500 pakketten uitdeelt, kunnen minderbedeelden terecht op veertien adressen, van de Stadsschouwburg tot het Marionetten Theater. Hoeveel mensen al gebruik hebben gemaakt van het aanbod, is niet bekend. ‘Het begint langzaam bekend te worden’, aldus Warmerdam. ‘Dat heeft ook te maken met de manier waarop de Voedselbanken werken. Er zijn er tientallen verspreid over het hele land en die werken onafhankelijk van elkaar.’
‘Dit is geen initiatief om publiek te werven’, benadrukt Van Warmerdam. ‘Maar het is net als met voedsel. Je kunt een niet verkocht brood weggooien of je kunt het weggeven. Dat doen wij ook met theaterstoelen.’
Het Ketelhuis, waar Van Warmerdam tien jaar lang stichtingvoorzitter was, is deelnemer van het eerste uur. EYE heeft zich op 27 februari aangesloten. Op vertoon van de Voedselbank-pas mag iemand gratis naar binnen van maandag tot en met vrijdag tot vijf uur ‘s middags.
‘Kunst en musea hebben ook een maatschappelijke functie’, licht EYE-woordvoerder Marnix van Wijk het besluit tot deelname toe. ‘Dit is een van de manieren waarop EYE die maatschappelijk functie invult. Mensen die het financieel moeilijk hebben — vaak buiten hun eigen schuld — willen wij de gelegenheid geven om kennis te nemen van films en exposities. Op deze manier willen we ook iets doen aan het sociaal isolement waarin zij zitten.’
EYE beschouwt de maanden tot de zomer als proefperiode. ‘We willen kijken hoe het werkt, maar in principe gaan we er mee door’, zegt Van Wijk. Daarmee sluit hij aan bij Van Warmerdam, die de looptijd stelt op ‘in principe tot in den eeuwigheid’. ‘Met EYE hebben we nu ook ons eerste instituut binnen. Het zou natuurlijk geweldig zijn als Pathé ook zou meedoen.’
Bron: Filmkrant