Kamer vraagt duidelijke keuzes over publieke omroep

Meerdere partijen in de Tweede Kamer vinden dat de regering duidelijke keuzes moet maken nu er verder wordt bezuinigd op de publieke omroep. Dat bleek tijdens het debat over de mediabegroting maandag.

Na de 200 miljoen euro die het vorige kabinet al bezuinigde op de publieke omroep, komt daar nu nog 100 miljoen euro bovenop.

Verschillende partijen vroegen zich daarop af of de bezuinigingen niet ook nopen tot het maken van duidelijker keuzes als het gaat om de taken van de publieke omroep.

Zo vindt Matthijs Huizing (VVD) dat de publieke omroep als kerntaak nieuws en achtergronden moet brengen, evenals kunst en cultuur.

Ook moet er “efficiënt worden geopereerd” en mag er geen sprake zijn van “oneigenlijke concurrentie” ten opzichte van de andere media.

In reactie op vragen van Kees Verhoeven (D66) lichtte Huizing daar nog op toe: “Die criteria moeten scherp zijn. Alles wat de commerciële omroepen al kunnen bieden, hoeft dus niet meer te gebeuren door de publieke omroep van belastinggeld.”

Als voorbeelden noemde Huizing op dat voetbal eventueel naar de commerciële omroepen zou kunnen gaan als die dat toegankelijk kunnen aanbieden, en dat omroepwebsites die meer doen dan in het verlengde ligt van de omroeptaken, het gelijke speelveld frustreren.

Huizing wilde verder niet ingaan op welke programma’s momenteel wel en niet aan de criteria voldoen: “Dat is niet aan de politiek om te bepalen.”

Eerder maandag stelde de VVD nog voor de regionale omroepen een plek te geven op de nationale publieke zenders.

Ook Martijn van Dam van coalitiepartij PvdA maakte tijdens het debat opmerkingen over de meerwaarde van de publieke omroep. Hij stelde dat onder het huidige bestel weinig sprake is van “centrale verantwoording” wat betreft de programmering, waardoor de kritiek kan ontstaan dat de publieke omroepen zich “te weinig onderscheiden van de commerciëlen”.

“Daarom zou de PvdA er voorstander van zijn dat er publieke waarden worden vastgelegd waar alle publieke omroepprogramma’s aan moeten voldoen en waar publieke verantwoording op volgt waarom die met belastinggeld zijn gemaakt. Dan is de publieke omroep in de toekomst ook beter in staat de kritieken te weerstaan.”

Van Dam onderstreepte dat de bezuinigingsplannen van 100 miljoen euro, bovenop de 200 miljoen euro die het vorige kabinet al doorvoerde, “heel fors” zijn.

“De uitdaging voor de staatssecretaris wordt dat het niet té fors wordt”, aldus Van Dam. “We moeten proberen dat de effecten van de bezuinigingen wel draagbaar blijven. Volgens mij is dat mogelijk, maar het wordt wel moeilijk.

De SP betwijfelt dat en vreest voor aantasting van de kwaliteit van de publieke omroep: “Hoe dubbel is het om te zeggen dat de omroepen voortaan kwaliteit moeten gaan bieden, terwijl je een derde van het budget wegsnijdt”, zo vraagt hij zich af.

Ook D66 ziet daar een moeilijk punt en vindt dat het mediabeleid van de staatssecretaris visie mist en “hinkt op twee gedachten: die van de VVD enerzijds, en de PvdA anderzijds”. Verhoeven: “De staatssecretaris wil alles, maar voor minder geld. De staatssecretaris wil pluriformiteit, maar schrapt de levensbeschouwelijke omroepen. Dat is funest.”

Eerder pleitte Verhoeven er al voor dat de publieke omroepen online niet te veel in het vaarwater treden van de commerciële media.

 

Maatvoering

In reactie op de geuitte twijfels, stelde staatssecretaris Dekker dat het bedienen van “een breed publiek” en het “bieden van kwaliteit” elkaar niet hoeven te bijten. “Ik ben het er wel mee eens dat door de bezuinigingen het nog meer dan in het verleden van belang is om te kijken naar die kwaliteit”, aldus Dekker.

“Of dat dan gevolgen heeft voor de taken van de publieke omroep, daarvan ben ik nog niet onmiddellijk overtuigd. Maar een alleen maar aanvullende publieke omroep, vind ik een te beperkte taakomvatting. Je kunt ook kijken naar de maatvoering van die taken.”

Wel gaf de staatssecretaris toe dat het onwaarschijnlijk is dat de bezuinigingen alleen kunnen worden gehaald uit minder bureaucratie.

Dekker benadrukte dat “het eindplaatje” nog niet uitontwikkeld is, en dat er nog gedebatteerd kan en moet worden over de rol van de publieke omroep van de toekomst.

Verhoeven (D66) vindt dat een rare volgorde van zaken: “Je kunt toch niet eerst snijden in het publieke hart, en dan pas een kerntakendiscussie voeren.”

Door: NU.nl/Lise Witteman