Nationaal platform filmtheaters in de maak
Een helder overzicht van het aanbod in Nederlandse filmtheaters, gezamenlijke programma’s om de aandacht voor kleine kwaliteitsfilms te vergroten en een scherper inkoopbeleid. Dat zijn de inhoudelijke en zakelijke doelen van de elf ondertekenaars van de intentieverklaring coöperatie Nederlandse filmtheaters, die afgelopen zaterdag werd getekend.
Het platform in de maak wil door samenwerking de positie van filmvertoners ten opzichte van overheden en distributeurs verbeteren en zich duidelijker profileren richting publiek.
Het plan voor een samenwerkingsverband werd in mei geboren tijdens het filmfestival van Cannes. Alex de Ronde van het Amsterdamse Ketelhuis, Géke Roelink van Filmhuis Den Haag en Oeds Westerhof van Lux in Nijmegen vonden dat het tijd was om de handen ineen te slaan. ‘Natuurlijk is het deels ingegeven door de financiële crisis’, vertelt Westerhof. ‘Maar we vonden vooral dat het veld te versnipperd is. We willen de positie van de theaters verstevigen en zo het filmklimaat in het algemeen verbeteren.’
Het trio theaterdirecteuren liet het niet bij alleen mooie woorden en ging op zoek naar medestanders. Afgelopen zaterdagochtend, tijdens de 17de conferentie van Europa Cinemas in Parijs, ondertekenden elf filmtheaters een intentieverklaring. Naast de drie initiatiefnemers behoren tot deze kopgroep Lataren/Venster (Rotterdam), Rialto (Amsterdam), Lumière (Maastricht), Verkadefabriek (Den Bosch), ‘t Hoogt (Utrecht), ForumImages (Groningen), De Lieve Vrouw (Amersfoort) en Focus (Arnhem). ‘We zijn met de wat grotere spelers begonnen’, aldus Westerhof, ‘maar we staan open voor andere deelnemers.’
Het document dat er nu ligt is slechts een intentieverklaring, een algemene tekst waarmee de tot nu toe meer solistisch opererende theaters aangeven intensiever te willen samenwerken. Westerhof: ‘Die gaan we uitwerken in een concrete agenda. Op het eind van dit culturele seizoen, halverwege 2013 moet alles zijn uitgekristalliseerd en de eerste stappen genomen.’
Voorbeelden van wat we kunnen verwachten, wil Westerhof wel geven. ‘Samen programma’s samenstellen om de kleine, relevante film uit binnen- en buitenland te promoten, gezamenlijke retrospectieven of activiteiten om de betere kinderfilm breed onder de aandacht te brengen. We willen vooral de kennis bij het publiek vergroten over wat er in de theaters gebeurt, een duidelijker profiel neerzetten.’
Behalve dat lidmaatschap van het platform kan werken als een kwalitatief-inhoudelijk keurmerk, heeft de nieuwe club ook zakelijke doelen. ‘De digitalisering kost ons allemaal veel geld. Als we gezamenlijk doeken en apparatuur inkopen dan kunnen we daar kosten besparen.’
Bron: De Filmkrant, Edo Dijksterhuis