Voorjaarsoverleg: geen hete soep

Het ging er in het verleden wel eens rauwer aan toe op het Voorjaarsoverleg, de jaarlijkse bijeenkomst in het Ketelhuis waar de Nederlandse filmwereld haar problemen bespreekt. Zelfs voorzitter van de Raad voor Cultuur Joop Daalmeijer had een makkelijke avond. Lees hier het verslag van Jos van der Burg.

Nee, hij voelt zich geen burgemeester in oorlogstijd, zei Joop Daalmeijer tegen de volle zaal belanghebbenden uit de filmwereld. Dat hij voorzitter is van de Raad voor Cultuur, die keurig cultuurkraker Halbe Zijlstra adviseert over hoe hij jaarlijks het beste tweehonderd miljoen euro cultuurgeld kan bezuinigen, ach, iemand moet het doen. “Wij zijn niet verantwoordelijk voor de kaalslag in de Nederlandse cultuur”, stelde Daalmijer zelfverzekerd vast. Dat hij met zijn Raad Zijlsta wel de plekken wijst waar deze zich met een bijl mag uitleven, bleef onbesproken. Niet onbesproken bleef het negatieve advies van de Raad voor Cultuur over Eye. Daarin krijgt het beleidsplan van Eye een vette onvoldoende. De Raad dreigt met intrekking van de subsidie als over twee jaar geen beter beleidsplan op tafel ligt. Inmiddels is de soep al flink afgekoeld, bleek uit het gesprek met Eye-directeur Sandra den Hamer en Daalmeijer. “We kennen elkaar al jaren”, merkte Daalmeijer op, die plotseling volop begrip had voor “de buitengewoon ingewikkelde situatie” waarin Den Hamer met Eye zit. Het deed vermoeden dat de twee na het advies al een keer gezellig samen hebben gegeten. Het zit wel goed met de Raad en Eye. Dat geldt niet voor het Nederlandse Filmfestival en de Raad. Directeur Willemien van Aalst zorgde als enige voor wat vuurwerk met haar opmerking dat ze van haar stoel was gevallen toen ze het advies van de Raad las om haar festival met vijfentwintig procent te korten. Ze moest het doen met Daalmeijers sussende opmerking dat “we over een aantal dingen nog met elkaar in gesprek zullen gaan”. Een ander onderwerp dat langs kwamen: directeur Doreen Boonekamp van het Filmfonds wil fiscale maatregelen om particuliere investeringen in Nederlandse films te bevorderen. Volgens haar heeft de Belgische tax shelter 7600 nieuwe arbeidsplaatsen in de filmbranche opgeleverd. Boonekamp pleitte er ook voor dat de filmbranche jaarlijks vijf procent van de omzet in de productie van Nederlandse films steekt. Het idee schijnt door de branche niet bij voorbaat afgeschoten te zijn. Dat de bioscoop in de nabije toekomst nog maar een van de vele vertoningsplatforms is, voorspelde Roeland Stekelenburg, die met zijn bedrijf NL Buzz Pathé Thuis ontwikkelde. De bioscoopbranche loopt hopeloos achter, luidde zijn niet verrassende conclusie. Tenslotte kwam de vraag aan bod of de filmtheaters nog doen waarvoor zij ooit zijn opgericht: het vertonen van films die nergens aan bod komen. Volgens Krijn Meerburg, directeur van LantarenVenster in Rotterdam, en directeur David Deprez van filmtheater Lumière in Maastricht, luidt het antwoord ja en nee. De filmtheaters vertonen nog steeds kwetsbare kleine artfilms, maar trekken hun neus niet op voor succesnummers als Intouchables, want ook voor de filmtheaters is het leven duur. U bent weer helemaal op de hoogte.

Jos van der Burg

Bron: De Filmkrant